1913 De Gentse Expo

Van april tot november 1913 staat Gent op zijn kop voor de Wereldtentoonstelling. Tussen de huidige De Pintelaan en het Citadelpark, op een terrein van 120 hectare, vergapen bezoekers zich aan majestueuze paviljoenen, lanen en fonteinen. Door de Wereldtentoonstelling komt de grondige restauratie van de Gentse Kuip in een stroomversnelling, die is ingezet in 1880 met het gigantisch urbanisatieproject, het zgn. Zollikofer-De Vigneplan, dat rond 1888 zo goed als voltooid is. De stadsvernieuwing wordt tegen het einde van die eeuw door burgemeester Emile Braun opnieuw een belangrijk issue, met als sluitstuk de grootse werken rond de as van de drie torens . De Stedelijke Commissie voor Monumenten, met voorzitter Ferdinand Van Der Haeghen, laat monumenten vrijmaken, vervallen panden remodelleren en nieuwe gebouwen optrekken in middeleeuwse namaakstijl: het Gentse stadscentrum wordt ‘gehistoriseerd’. Het belfort bijvoorbeeld dat zestig jaar voordien nog bekroond werd door een gietijzeren toren naar ontwerp van Louis Roelandt, wordt tussen september 1911 en januari 1913 afgebroken en volgens het plan van Valentin Vaerwyck naar een ideaaltype opnieuw opgebouwd. Behalve de restauratie van de Gentse Kuip, initieert de Wereldtentoonstelling ook de ontwikkeling van de stadswijk ten zuiden van het centrum: aansluitend op de nieuwe Citadelwijk en bij nieuwe treinstation Gent-Sint-Pieters verrijst een statige burgerwijk, al snel ‘het Miljoenenkwartier’ genoemd.

Machtsvertoon van de Franstalige elite

De Wereldtentoonstelling is niet alleen het toneel van amusement en verwondering. De Gentse bourgeoisie grijpt het evenement aan om haar macht en invloed te demonstreren, een dam op te zetten tegen de Vlaamse emancipatiebeweging en campagne te voeren voor het behoud van de Franstalige universiteit. De Franse dominantie bereikt een hoogtepunt: uitnodigingen, pamfletten en affiches zijn hoofdzakelijk in het Frans opgesteld en er wordt uitsluitend geld vrijgemaakt voor Franstalige voordrachten en toneelopvoeringen. Frankrijk is bijna even aanwezig als België op de Wereldtentoonstelling en verdedigt zijn invloedssfeer tegen de voorstanders van de Vlaamse universiteit én tegen de (minimale) Duitse aanwezigheid. De flaminganten reageren verbolgen maar hun protesten, pamfletten, moties en vragen blijven zonder al te veel gevolg. Hoogtepunt van de spanningen is de Franse cultuurdag op 22 juni: tijdens de pauze van het galaconcert zingt een groepje Vlamingen de Vlaamse Leeuw en wordt prompt hardhandig uit de zaal verwijderd. De actie van de Vlamingen wordt veroordeeld maar kan gezien de talloze Franse provocaties ook op begrip rekenen. Burgemeester Braun verbiedt na het incident de Vlaamse Hoogeschooldag, wat hem door de flaminganten zwaar wordt aangerekend.

Kater

Als de Expo in november 1913 de deuren sluit, laat ze een enorme financiële put achter. Burgemeester Braun beschuldigt er de Vlamingen van met hun acties de Waalse bezoekers te hebben afgeschrikt. Anderen wijten de lage bezoekersaantallen aan de ‘petitesse’ van de Expo. In ieder geval wordt de economische boost die de Wereldtentoonstelling met zich mee zou brengen gefnuikt door het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog. De groene zone in het toekomstige Miljoenenkwartier wordt omgevormd tot moestuin voor de hongerige bevolking. Enkele van de paviljoenen zullen nog even gebruikt worden als militaire opslagplaats maar worden uiteindelijk bijna allemaal afgebroken. Het Floraliënpaleis dat nog steeds dienst doet als evenementenhal en het Flandria Palace naast het station, waar het laboratorium voor Gewapend Beton van Gustave Magnel tussen 1926 en 1937 gevestigd is en waar vandaag de administratie van de NMBS zit, zijn de stille getuigen van de Gentse Wereldtentoonstelling.

Fien Danniau
Vakgroep Geschiedenis
januari 2013

 

Hoe verwijs je naar dit artikel?
Danniau, Fien. "1913 De Gentse Expo." UGentMemorie. Laatst gewijzigd 24.10.2018. www.ugentmemorie.be/gebeurtenissen/1913-de-gentse-expo.  

Bibliografie

Online tentoonstelling 'Gent 1913 Virtueel'

Deel deze pagina: